dinsdag 1 november 2011

Meesterwerken

Grote kunstenaars worden doorgaans gekenmerkt door een buitengewoon productieve periode in hun leven. Meestal in hun jeugd maken ze het ene meesterwerk na het andere.
De grote Pablo Picasso was vooral vlak voor de Eerste Wereldoorlog uitzonderlijk actief. Hij woonde in die jaren in Parijs, waar hij het Kubisme als stroming ontwikkelde. Salvador Dalí penseelde zijn meeste (en grootste) schilderwerken tussen 1929 en 1940 (zijn surrealistische periode) en Bobby Fisher speelde tussen zijn twaalfde en veertiende jaar letterlijk duizenden partijen, waaronder de 'partij van de eeuw' tegen de internationaal meester Donald Byrne. Daarin offerde hij met zwart eerst een paard en daarna zijn dame, om ondanks de sterkst mogelijke zetten van zijn tegenstander, op de 41-ste zet mat te geven.
Bob Dylan, om maar eens een andere tak van sport te benoemen, bleek het meest productief in zijn jonge jaren in New York, toen hij tussen 1964 en 1966 zijn vijf (!) beste lp's uitbracht, waaronder nota bene het dubbelalbum Blonde on Blonde. En ons eigen duo Lennaert Nijgh en Boudewijn de Groot tenslotte, deed daar niet veel voor onder door van 1965 tot 1968 vier ijzersterke platen te produceren.

Op Bellevue gebeurt hetzelfde. Niet door ons gelukkig - wij zijn zo'n beetje uitgeproduceerd - maar door onze gasten. En dan met name door de jonge Dafne (4), die dezer dagen het ene na het andere kunstwerk aansleept.

Verschillende stijlen - figuratief, abstract, impressionistisch - hanteert zij bijna achteloos, waarbij somtijds felle kleuren worden afgewisseld met sober zwart-wit werk of herfstig bruin.

Dafne heeft het niet van een vreemde, want moeder Marjolein maakte eveneens een bescheiden meesterwerk, dat onder de titel 'Schaduw' een plaats krijgt in onze bistro Moux-sur-Mèr.

En dan nog even terug naar dochterlief: we hopen en bidden dat ze erg beroemd wordt. Hebben wij vast de grootste collectie Dafnes van Bellevue;-)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten