woensdag 21 december 2011
Van dromen en geluk
Twijgen en takken bogen opeens ver door onder het gewicht van de sneeuw en de hele wereld lag verstild onder die mantel van kristal. Nu ja, de hele wereld... Enna en de poezen dolden door de vlokken, trokken ieder spoor in de sneeuw na en vonden het allemaal reuze spannend.
Die spanning duurde helaas niet lang, want zodra het begon te regenen deze week, smolt de witte wereld weg. Het donker van de bomen kwam weer boven en het groen van het gras...
Maar we blijven dromen, omdat in dromen ieders geluk besloten ligt. We wensen iedereen een vredige kerst en een sprankelend 2012.
Elly en Jurriaan
zaterdag 3 december 2011
Rondom dronken
De uitnodiging kwam van onze allerliefste vrienden Patricia en haar Jean-Philippe. Trouwe gasten van Bellevue kennen 'Pat' misschien beter als de schoonheidsspecialiste van 'beneden in het dorp'. Een schat van een vrouw, altijd even hartelijk en goedlachs. Ook als zij present is op het trekzakconcert elke eerste vrijdag van oktober: er bestaan cd-opnamen waarop je haar hoort gieren, bóven alle andere concertgangers uit!
Enfin, deze Pat en haar man nodigden ons na afloop van het laatste concert uit voor een rendez vous, eind november. Dus wij cadeautjes gekocht en bloemen, om op ons paasbest af te dalen naar Moux. We waren niet de enige gasten en zelfs niet de enige buitenlanders! Armelle (Zwitserland) en haar Pierre (oorspronkelijk Tsjechoslowakije) waren er ook. Plus de drie zoons van Pat en Jean-Philippe: Jimmy, Jerôme (met wederhelft) en de jongste, Remy.
Nou wil het toeval - hoewel, ís het toeval? - dat Jimmy een prima kok is. Of eigenlijk is hij patissier: hij werkt voor een
groot hotel in Zwitserland, waar-ie desserts en anderszins zoetigheid bereidt. En Pat had deze zelfde Jimmy gevraagd om de hapjes voor 'onze avond' te maken. Sterker, 's morgens om tien uur had ze al aangedrongen dat-ie nou eindelijk eens moest beginnen met kokkerellen. Waarop hij antwoordde dat-ie normaal voor 800 (achthonderd!) mensen kookt, dus dat-ie zich om deze tien niet zo druk maakte...
Geheel volgens de tijdgeest, zou het geen grote pan boeuf Bourguignon worden, maar een reeks amusehapjes. Een beetje zoals bij een Mediterrane 'meze' wordt geserveerd. En Jean-Philippe, ook niet voor een kleintje vervaard, zou er passende wijnen bij schenken. Maar eerst champagne, want een dag zonder bubbels is een dag niet geleefd. En omdat het nog een feestdag is ook, komt er meteen maar een tweede glas champoepel overheen. Enfin, wij gezellig kouten met z'n allen totdat de eerste hapjes op de salontafel verschijnen: zelf gebakken kaasstengels en andere hartige koekjes.
Bij het eerste echte gerechtje - guacamole met garnaaltjes bovenop - schenkt J.P. een chablis premier cru. Het tweede glas daarvan begeleidt de tweede amuse: een mooie verse bisque van kreeft. Dan volgen er twee flessen chassagne Montrachet (de eerste 't' van Montrachet dien je niet uit te spreken, maar dat kúnnen we inmiddels ook al niet langer) en meer hapjes: toast met zalm en zalmeitjes, zoete macarons met een hartige zalmgelei ertussen (hmmmm) en nog zo wat.
Tijdens de spoom die volgt - een bolletje cassis-ijs overgoten met marc de Bourgogne - gaat bij Elly het licht uit. Vanaf dat moment kletst ze alleen nog maar in het Nederlands en kan ik als een soort professionele tolk alles vertalen. En er volgt meer eten. En meer wijn. Een mini-casserolletje met oeufs en meurette (een kwarteleitje, in dit geval, in een saus van rode wijn), een crème brûlée van eendenlever, cake gevuld met abrikozen en eendenlever (weer die Goddelijke combi van hartig en zoet!) en hartige gevulde broodjes.
Inmiddels zijn we diep in de rode wijn getreden (minstens twee flessen gaan er voorbij), maar ZjeePee, zoals-ie inmiddels heet, opent met gemak nog een prachtige Pommard. 'Omdat Pommard de wijn was die we thuis altijd dronken als er iets te vieren was', verklaart hij glunderend. Elly moet nu af en toe een beetje huilen 'van alle emoties'.
Normaal volgt nu kaas, maar Jimmy zou Jimmy niet zijn als hij er niet de lekkerste koekjes van had gemaakt, in diverse soorten en maten. Wow! En dan moet de patisserie - zijn échte métier immers - nog komen: bonbons in melk en puur met 22 karaats bladgoud bovenop en koekjes en ditjes en datjes. En natuurlijk weer champagne, want dat drinken de Fransen niet alleen graag als aperitief maar net zo passievol bij de toet. We zijn nu allemaal rondom dronken (ofschoon ik het gevoel heb dat wij er meer last van hebben dan de overige gasten) en praten geloof ik allemáál Hollands terwijl ik alles vertaal. Een mooie afsluiting van onze bijna-eerste avond bij onze Morvandese vrienden. En nu begrijp je ook meteen waarom de Fransen je niet zo váák uitnodigen voor het eten...
PS. Pat kwam daags na ons bezoek aanzetten met een plastic tasje. Wat daarin zat? Elly's sokken, die ze onder de bank had gevonden?!
zondag 13 november 2011
Onder zeil
Vaste gasten wisten het al wel: in 1998, toen we Bellevue kochten en in de tuin voor het huis handklap stonden te doen met toenmalig eigenaar Gabriel Girard (dat handjeklap is kennelijk van vele culturen), woonden we nog op een schip.
Zomer heette onze houten tweemaster (uit Frankrijk!) en we werkten er altijd hard aan. Maar als we dan losgooiden, het Noordzeekanaal over tuften op weg naar het IJsselmeer danwel de Noordzee, dan verheugden we ons al: straks, voorbij de sluizen, zouden de zeilen op gaan. En ja hoor, eenmaal op open water ging 'de witte motor' omhoog en de echte motor uit. En dan, onder zeil en met niets dan de streling van de wind langs je oren, zeiden we steevast tegen elkaar: hier doen we het voor.
Vooral zelf roep ik nog wel dat we 'de Zomer' nooit hadden moeten wegdoen. Met name als ik vijftien kuub stookhout te zagen heb. Of tweemaal per week twee hectare gazon moet maaien. Dat is echter onzin: we zijn hier net zo gelukkig als op het goede schip, zoals Lennaert Nijgh zijn Jonge Jacob altijd placht te noemen. Bovendien hebben we allerlei herinneringen aan ons scheepvaartverleden meegetroond. Peddels en riemen van uiteenlopende bootjes, boeken over de oceanen, cd's met zeemansliederen en uiteraard ons schilderij van de Zomer.
Toch was het een ontroerend moment toen onze goede vrienden Leendert en Alexandra dit jaar met mijn verjaardagscadeautje kwamen aanzetten (7 oktober is de dag, noteer dat in je agenda). Want wat hadden zij bedacht? Twee zeilen van hun eigen schip. Te oud om nog mee te zeilen, maar wie maalt daarom op het vaste land? Hun idee was dat de genua en het grootzeil van hun Polly Maggoo voortaan als zonnescherm dienst zou doen!
En zo geschiedde: samen met Leendert werd de grote fok (wat dat is een genua) met het onderlijk (de onderkant van de driehoek) tegen de voorgevel van Maison Bellevue gespannen. De bovenste punt, die normaal in het topje van de mast zit, ging richting de acacia op het gras vóór en klaar is Kees! Of eigenlijk Leendert...
Inmiddels hebben onze laatste gasten al in de schaduw van het nieuwe zonnescherm geluncht en geborreld. En wil je ev
en niet in de schaduw, dan rol je het zeil eenvoudigweg op.
Zelf zitten we op ons achterterras nu ook onder zo'n scherm. En als we dan 'onder zeil' zijn samen, dan zeggen we tegen elkaar: hier doen we het voor...
dinsdag 1 november 2011
Meesterwerken
De grote Pablo Picasso was vooral vlak voor de Eerste Wereldoorlog uitzonderlijk actief. Hij woonde in die jaren in Parijs, waar hij het Kubisme als stroming ontwikkelde. Salvador Dalí penseelde zijn meeste (en grootste) schilderwerken tussen 1929 en 1940 (zijn surrealistische periode) en Bobby Fisher speelde tussen zijn twaalfde en veertiende jaar letterlijk duizenden partijen, waaronder de 'partij van de eeuw' tegen de internationaal meester Donald Byrne. Daarin offerde hij met zwart eerst een paard en daarna zijn dame, om ondanks de sterkst mogelijke zetten van zijn tegenstander, op de 41-ste zet mat te geven.
Bob Dylan, om maar eens een andere tak van sport te benoemen, bleek het meest productief in zijn jonge jaren in New York, toen hij tussen 1964 en 1966 zijn vijf (!) beste lp's uitbracht, waaronder nota bene het dubbelalbum Blonde on Blonde. En ons eigen duo Lennaert Nijgh en Boudewijn de Groot tenslotte, deed daar niet veel voor onder door van 1965 tot 1968 vier ijzersterke platen te produceren.
Op Bellevue gebeurt hetzelfde. Niet door ons gelukkig - wij zijn zo'n beetje uitgeproduceerd - maar door onze gasten. En dan met name door de jonge Dafne (4), die dezer dagen het ene na het andere kunstwerk aansleept.
Verschillende stijlen - figuratief, abstract, impressionistisch - hanteert zij bijna achteloos, waarbij somtijds felle kleuren worden afgewisseld met sober zwart-wit werk of herfstig bruin.
Dafne heeft het niet van een vreemde, want moeder Marjolein maakte eveneens een bescheiden meesterwerk, dat onder de titel 'Schaduw' een plaats krijgt in onze bistro Moux-sur-Mèr.
En dan nog even terug naar dochterlief: we hopen en bidden dat ze erg beroemd wordt. Hebben wij vast de grootste collectie Dafnes van Bellevue;-)
donderdag 20 oktober 2011
Een gedicht
We zagen Jan gisteravond, toen we gevieren uit eten gingen bij restaurant Le Cerney in het gelijknamige gehucht, al lopen met een plastic zakje. Dus ik nog vragen of-ie een doggy bag bij zich had. Maar nee, in dat zakje zat een lijstje. Geen tweedimensionaal schilderijlijstje - als Jan en Ingrid iets níet zijn dan is het tweedimensionaal - maar eentje die je op een paaltje kunt klemmen. Om bijvoorbeeld je berichten aan de postbode of de bakker in te doen...
Enfin, ín dat lijstje zat een prachtig gedicht dat hier volledig wordt weergegeven.
Herfst 2011
Zoals hier appels vallen
plompverloren
hun vrucht verteren
en bomen worden
Zo valt Perdue direct
in hart en nieren
en schopt eruit
wat niet meer groeien kan
Je moet verliezen
om te winnen
Et alors
Bon chance, que tu retrouve
Maison Perdue
Mooi hè...
zaterdag 15 oktober 2011
En dan nu het weer
Als je tenminste de vorst van vorige winter niet meerekent! Wat dat betekent voor komende l'hiver? Geen idee. Maar ze zijn hier wel gewend rekening te houden met allerlei natuurverschijnselen die op milde of juist strenge winters duiden. De trek van vogels (en dan bedoel ik niet hun eetlust maar hun reislust), de dikte van de rokken van de ui, dat soort zaken. Maar streng of niet, Bellevue is er klaar voor, met ongeveer twintig kubieke meter hout op voorraad en nog eens twintig kuub klaar om te worden gezaagd. Dus boek je in de winter, dan wordt er op je gerekend!
vrijdag 14 oktober 2011
De queeste naar Abel Guillot
Van Abel Guillot is vooralsnog niet veel meer bekend dan dat hij Frans was en leefde van 1907 tot 1970. Op de site van Art Price staat voorts dat hij ook in Scandinavië penseelde. Over het schilderij dat wij kochten is wel wat meer te zeggen. Het werk, ruim 120 cm hoog en 80 cm breed, is in geheel originele staat. Dat wil zeggen dat het doek nooit is bijgewerkt, het houten raamwerk niet werd vernieuwd en dat zelfs de lijst de oorspronkelijke is. De Fransman zegt dan dat het werk 'dans son jus' verkeert.
Achterop het kunstwerk als cadeautje een wit briefje geplakt, waarop nog vergeelde letters zijn te onderscheiden. En een jaartal: 1929. Guillot maakte het schilderij dus toen hij 22 jaar jong was. De eerste eigenares staat er eveneens op: Madame Bonardot. Helaas is over deze dame (de eigenares van het huisje of 'zo maar' een kunstminnares?) op Google niets te vinden. Maar er staat nog iets bij, namelijk de straat die het voorstelt: Rue Charles Cloutier in Beaune!
Wij dus naar Beaune toe, om de straat, pal in het oude centrum, naast het Place du General Leclerc, terug te vinden.
Als je door de straat loopt zie je weinig dat herkenbaar lijkt, maar als je je omdraait, zie je wel het torentje dat in de linker bovenhoek van het schilderij ook is te zien. En je ziet het dakkapelletje dat net onder de torenkap uitsteekt. Vervolgens moet je het perspectief bekijken en uitrekenen waar Abel Guillot moet hebben gezeten: er is maar één breder gedeelte in de straat, waar je genoeg afstand kunt nemen om het beeld te zien zoals het op het werk is weergegeven. Dan kan het rode huisje maar één pand zijn: Rue Charls Cloutier nummer 7.
Maar dat ziet er heel anders uit?!? Jawel, maar in pakweg een eeuw kan veel worden verbouwd. Een oudere dame uit genoemde straat weet bijvoorbeeld te vertellen dat de sierlijke 'antieke' dakkapellen op het huis enkele jaren geleden zijn aangebracht... Helaas weet de bewoonster niets te vertellen van Madame Bonardot... Net zo min als de huidige bewoner van nummer 7, Monsieur G. Perrin dat kan. Maar er moet in een queeste ook wat te raden blijven!
woensdag 5 oktober 2011
Pizza's en een boerenlunch
Dat laatste is logisch: negen composities heeft docent Frans Tromp de spelers tot nu toe in de maag gesplitst en er komt nog meer. En dan zijn er de honden die blaffen, de katten die mauwen om aandacht en de chef - Elly - die bevelen roept.
Maar ook los van de muziek en de vrolijke janboel stapelt de ene verrassing zich op de andere. Zondagavond eerst de film bekeken die vorig jaar van ons trekzakfestival Frans met mate(n) werd gemaakt en die zo liefdevol door vriendin Joke is gemonteerd. Daarna vergast op een heuse pizzawagen die het erf op reed, waaruit iedereen zijn eigen pizza naar eigen smaak kon bestellen!
Dinsdagavond gingen de voetjes van de vloer tijdens een sentimental journey naar ieders jeugd: alle deelnemers hadden vooraf een top vijf uit de eigen pubertijd doorgegeven, waarvan manus-van-alles Jochum vijf prachtige cd's brandde. Verkleed als hippies en punks en rappers werd de hele avond gedanst op de Specials en Harry Belafonte, Joe Cocker en Meat Loaf.
Woensdag wachtte iedereen wel de grootste surprise: een lunch buiten de deur. En dan niet zomaar in een restaurant, maar in de wei! Onze trouwe fans Maaike en Guido hadden, met hulp van moeder Bieneke en haar zus Elisa, een fantastische picknick georganiseerd in een van de weilanden van Ferme Les Plaines, zoals hun boerderij nabij Saulieu heet. Zelf gemaakte vruchtesappen, courgettejam uit eigen tuin (recept volgt), heerlijke kaas en worst, alle denkbare kleuren wijn (i.c. rood, wit en rosé), huisgebakken brood, soep van eigen runderen en bietensalade die zo uit de moestuin komt, het stond allemaal opgetast op een lange platte boerenkar en we konden ervan genieten op enorme strobalen die Guido als tafels in het gras had gelegd. Met uitzicht op het glooiend landschap, de paardjes in de verte en aan de horizon een enkel huis, was het de mooiste plek op aarde. En het mooiste ritje moest toen nog komen: met z'n allen op de platte kar, dwars door de weiden terug naar de boerderij.
Vandaag een rustdag (nou ja, hard oefenen op de muziek) en vanavond een bonte avond, waarna vrijdag het concert volgtvoor het dorp en omstreken. En zaterdag? Dan zijn onze gasten allemaal opeens weer vertrekzakkers...
zondag 2 oktober 2011
Stilte voor de storm
Er heerst stilte op Bellevue. Geen gasten, geen geruis, slechts rust. Maar het is stilte voor de storm want vanmiddag al komen de eerste gasten voor Frans met mate(n) II. Of, voor spelers en luisteraars van het eerste uur: Frans op z'n Frans VII.
Dat komt zo: in 2005, het eerste jaar dat Maison Bellevue open was voor gasten (Maison Perdue bestond toen nog niet), werd in de maand augustus de eerste trekzakweek gehouden. Harmonica-docent Frans Tromp en pakweg vijftien van zijn vaste leerlingen uit Nederland (deels met aanhang) streken neer op Bellevue, voor een week van les en samenspel. Jurriaan zakte mee, Elly zorgde voor de catering en zo sloegen we ons met z'n allen door die eerste storm heen.
Er volgden meer jaren en er volgden meer trekzakweken, met altijd dezelfde groep. Soms wat uitgebreid, dan weer ingekrompen. Nu eens met keukenhulp Gretha (dank!), dan weer met Tèke en Jochum of Alexandra achter de snijplank (idem!). En altijd was er heerlijke muziek te spelen en standaard volgde op de vrijdag voor vertrek een concert. Eerst nog beneden in het dorp en nu al weer jaren gewoon op Bellevue. Met vrienden: Engelsen van Bellevue, Fransen uit het dorp beneden en Hollanders uit de buurt. Een internationaal publiek dus, dat na afloop gewoontegetrouw wordt vergast (van het werkwoord vergasten) op nasi.
En ook dit jaar gaat het weer gebeuren. Voor de zevende keer in het totaal, voor de tweede keer onder de nieuwe naam: Frans met mate(n). Maar nu nog niet, want nu heerst dus die stilte voor de storm.
Of liever, tussen twee stormen in, want de afgelopen weken is hard gewerkt aan de voorbereidingen. Party-tenten werden geplaatst, tafels werden verschoven, wijn werd gehaald en brandade bereid. Er werd geschrobd en geboend, nasi werd gebakken (30 kilo!) en ijs gedraaid (twee smaken), fornuizen kregen een nieuwe plaats en stereo-installaties kwamen van boven om beneden veel herrie te kunnen maken. Kortom: er heerste een storm van activiteiten, waar de gasten van Bellevue en Perdue in die weken niets van mochten merken?!
Maar nu is die bolle bries dan toch gaan liggen en maken we ons op voor de komst van Frans Tromp en zijn Trekzaktrawanten, waarvan er dit jaar 18 zijn. Dus ben je in de buurt en denk je de wind te horen huilen, dan is het onze muzikale storm...
woensdag 28 september 2011
Napoleon en Moux-en-Morvan
Caesar en Moux-en-Morvan
Maar daar wou ik het eigenlijk helemaal niet over hebben, toen ik over Napoleon begon. Fransen hebben wat met keizers, want gaan we een millennium – of twee – terug in de tijd, dan stuiten we op Gaius Julius Caesar, die ook in dit land heel wat kilometers heeft gemaakt. En heb je als plaats geen hotel of postkantoor waar de kleine keizer uitspande, dan is er misschien wel een voormiddeleeuws militair kampement, waarover men met aplomb beweren kan dat dit ooit door Caesar en zijn mannen was aangelegd.
Fantasie gebruiken, dat deed men in de Middeleeuwen immers ook. Het oppidum op de Mont Moux kreeg in de volksmond de titel Camp de César mee en de tweede verblijfplaats, dichterbij Bellevue, werd in 1426 omschreven als Champ de Gaullois, het veld van de Galliërs. Sinds het in de negentiende eeuw is herontdekt staat deze verschansing bekend als Camp de Moutelles. In 1936 werden de afmetingen genoteerd: een rechthoek van 115 bij 110 meter.
Het belang van dit kamp wordt bekrachtigd door de Tranchée Romain, een kaarsrecht vier meter diep kanaal waarvan nog een paar honderd meter resteert. Het voerde vanaf het beekje de Montsermage water aan naar het kampement. Een onbeduidende woonplek veroorlooft zich geen waterwerken van dit formaat, is de gedachte. Mee eens, want bovenstaande onderstreept eens te meer, dat Moux-en-Morvan en in engere zin Bellevue, geenszins onbeduidend is. Sterker nog: op luttele afstand ligt een amper beschreven en oppervlakkig onderzochte historische en archeologische Gallo-Romaanse schatkamer, die om exploratie smeekt!