Dominique Brunet (1953) werd geboren in het Parijse voorstadje Neuilly en groeide op in de Elzas, in een straatarm gezin. 'De meeste ooms konden nauwelijks Frans lezen of zelfs maar spreken', biecht zij op tegenover Rudolph Chelminski, auteur van Bernard Loiseau's biografie 'De Perfectionist'. Des te groter het contrast met de Dominique van nu: een zelfverzekerde, gracieuze vrouw, die ondanks haar staat van dienst (in de keuken van Relais Bernard Loiseau hangt een foto waarop president Sarkozy van Frankrijk haar de versierselen opspeldt behorende bij haar toetreding tot het Legioen van Eer - zie foto) uiterst bescheiden is gebleven.
Toch is het deze Dominique, moeder van drie kinderen Loiseau, die een concern leidt dat tot de meest succesvolle gastronomische ondernemingen van Frankrijk kan worden gerekend. Want niet alleen wist zij na de zelfmoord van haar man het oude La Côte d'Or nog meer stijl en klasse te geven (en een nieuwe naam: Relais Bernard Loiseau), zij opende bovendien twee zaken in Parijs (Tante Louise en Tante Marguerite), plus een 'wijnrestaurant' in Beaune: Loiseau des Vignes. Alsof dat niet genoeg tijd kost, werd ze in november 2005 tevens benoemd tot vice-president van de prestigieuze horeca-keten Relais et Chateaux.
Des te bewonderenswaardiger is het dat Dominique Loiseau in het restaurant van wijlen haar man élke dag langs gaat bij álle gasten. Zoals zij dat de eerste keer deed, toen wij te gast waren van onze vrienden Richard en Ingrid: opeens stond ze aan onze tafel, timide, schuchter haast, maar een en al voorkomendheid en oprechte interesse.
Toen Elly en ik in 2009 ter gelegenheid van ons achtjarig huwelijk samen naar 'Loiseau' togen, verscheen Dominique andermaal aan onze tafel. En ze kon zich onze eerste ontmoeting 'met die chef-kok en zijn vrouw uit Holland' nog herinneren!
Haar actes de présence bij elke gast van haar restaurant zijn op zich slopend genoeg; ze kruist heen en weer van de ene naar de andere zaal, om gasten niet het gevoel te geven dat ze plichtmatig worden afgewerkt. Maar er speelt nog een psychologisch effect dat niet kan worden onderschat. Immers, bij iedere gast weer is Dominique Loiseau de betreurde weduwe...
Iedere volwassene die een naaste heeft verloren kent het gevoel: je wordt gade geslagen met compassie en medeleven en je verdriet lijkt in de handen van de omstanders wel je zwaarst wegende eigenschap. Wat in het kwadraat geldt bij een verlies na zelfdoding. Na verloop van weken of maanden maar toch zeker jaren, herstelt de balans zich wel: je eigen aardigheden (of eigenaardigheden, zo je wilt) komen een voor een weer bovendrijven en de weging van je verdriet wordt minder en verdwijnt.
Zo niet bij Dominique Loiseau. Immers, het aantal mensen dat zij ontmoet is vele malen groter dan het netwerk van gewone stervelingen omvat: het is onuitputtelijk. En waar al die nieuwe gezichten normaal gesproken niets weten van het drama dat zich ooit afspeelde, kent letterlijk iedere bezoeker van Relais Bernard Loiseau (en van al die Parijse tantes en wijngerelateerde zusjes) het treurige einde van wijlen haar man. Zodat zij bij elke ontmoeting weer die betreurde weduwe is, zeven lange jaren nu al...
Dominique Loiseau moet over een uitzonderlijke kracht beschikken om elke dag weer die talloze confrontaties aan te gaan. Om bij elk bezoekje aan tafel opnieuw die meelevende blikken te zien van even zovele gasten: 'We hebben met je te doen, meisje. Wat moet het een schok voor je zijn geweest...'
Ja, ook ik heb met Dominique Loiseau te doen. Maar niet zozeer meer omdat haar man zich van het leven beroofde. En niet eens meer omdat hij dat deed met het jachtgeweer dat zíj hem voor zijn verjaardag had gegeven. Nee, ik heb met haar te doen vanwege die dagelijkse oefening in het weerstaan van piëteit. Het zal haar zwaarste gang zijn. Een gang die eeuwig duurt.
(Bron: De Perfectionist van Rudolph Chelminski)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten