De Fransen (en de Hollanders) stikken van de vooroordelen over de oude bewoners van het land van Marianne: de Galliërs. Alésia, een nieuw museumpark nabij het slagveld van weleer, rekent daar voorgoed mee af.
Dat slagveld heet Alésia en het is daar dat in 52 voor Christus niemand minder dan Julius Caesar het opnam tegen de Gallische leider Vercingetorix (jawel, uit Asterix en Obelix). Caesar had circa 14.000 manschappen bij zich, Vercingetorix telde er zo'n 40.000. Toch wist de eerste te winnen, domweg doordat de arme Galliërs zich stuk liepen op het georganiseerde leger van de Romeinen. Caesar nam zijn opponent mee naar Rome om hem tijdens zijn triomftocht door de stad als oorlogsbuit te tonen en ter dood te laten brengen.
Afbeeldingen van Vercingetroix tonen steevast een imposant man met lange haren en een grote hangsnor. Hij oogt woest en als hij zijn leger aanvoert, dan zal het geheel wel een chaotische horde vechtersbazen zijn à la de Schotten in de film Braveheart met Mel Gibson in de hoofdrol.
Al dit soort vooroordelen, ontstaan aan het einde van de negentiende eeuw, toen Frankrijk verdeeld was en Napoleon III uit alle macht probeerde een historie te schrijven waarin alle Fransen zich zouden herkennen, worden in Alesia vakkundig om zeep geholpen. Inderdaad, de Galliërs gebruikten - net als de Romeinen - al zeep om zich te wassen, dus zulke smeerpoetsen zullen het wel niet zijn geweest. Bovendien vochten zij zeer dapper én gedisciplineerd en hadden ze kunstjes waar Caesar nog een puntje aan kon zuigen. Zo waren er levende 'bommen' die zich aan de staart van een galopperend Gallisch paard lieten meeslepen. Vlak voordat het paard de Romeinse schildenrij zou binnenstormen, zwenkte de ruiter het dier naar rechts of links, waarbij de staartenhanger als door een katapult gelanceerd over de schildenrij heen vloog, om al maaiend met zijn zwaard neer te komen. En te sterven...
Enfin, over het uiterlijk van Vercingetorix is niks bekend, maar over het algemeen schoren de Galliërs zich en hadden ze kort haar. Dat het 6,5 meter hoge standbeeld van de Gallische leider - even verderop bij Alésia - toch lange lokken heeft en een hangsnor, is aan diezelfde Napoleon III te danken. Die stond nota bene zelf model voor het beeld, dus een beetje hoogmoedswaan komt er wel bij kijken.
In het museum wordt de aanloop naar de strijd duidelijk gemaakt, terwijl in een film de eigenlijke slag bij Alesia is verbeeld.
Voor wie nog eens goed wil kijken hoe dat vechten eigenlijk ging, worden in een Romeins fort buiten het museum bovendien demonstraties gegeven. Galliërs tegen Romeinen, beide groepen gewapend met speren en zwaarden en beschermd door schilden en maliënkolders. En dan zie je hoe slim die laatsten vochten: in hun bataljon wisselden de voorste soldaten en de collega's achter hen elke halve minuut van plaats, waardoor die arme Galliërs steeds een nieuwe tegenstander hadden die nog vers was, terwijl ze zelf uitgeput raakten door al dat gemep.
Kortom, MuseóParc Alésia (een uurtje rijden van Bellevue en met 9 euro entree voor volwassenen vriendelijk geprijsd) is zeer de moeite waard. Zij het dat kinderen jonger dan zes jaar er niet veel te zoeken hebben. En je moet niet vergeten zo'n blauw mobieltje te pakken, om het verhaal van Caesar en Vercingetorix te horen. Veel plezier!
PS. Vergeet niet te genieten van het gebouw, ontworpen doorBernard Tschumi, die met de ronde vorm de omsingeling van Vercingetorix en zijn troepen symboliseert. Mooi!
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten