Nu het zonnetje boven Bellevue (en de rest van de Morvan natuurlijk) al weer weken staat te lachen, gaat de jacht weer beginnen. Niet die op herten en wilde zwijnen, maar de jacht op brocante op de honderden vide greniers.
Vide grenier betekent zoiets als 'opgeruimde zolder' en de Fransen zijn er gek op. Van brocante, niet van opruimen. Elke zondag (en soms ook op zaterdag) zijn er minstens drie van die marchés des puces (vlooienmarkten dus) in de buurt en je moet heel erg je best doen om ze allemaal te volgen. Verstandiger is het alleen de leukste eruit te pikken en daar dan meer tijd aan te besteden.
Zoals de rommelmarkt in Givry, nabij Chalon sur Saone (80 km). Die wordt nota bene elke eerste zondag van de maand gehouden, dus met een beetje plannen van je verblijf op Bellevue kun je er altijd wel heen. Een leuke markt, waar handelaren en echte zolderopruimers hand in hand gaan. Figuurlijk gesproken dan. We scoorden er gisteren de torso van een paspop, twee rieten stoelen, een afgebladderde spiegel en zes metalen rekken voor rond de bomen op Bellevue. En verder uiteraard bordjes en een waterkan, nog een spiegeltje, een schilderij en een stel deurknoppen.
Uiteraard is het goed om vroeg naar zo'n markt toe te gaan. Laten we zeggen dat je er om negen uur probeert te zijn, zodat je de standhouders nog hoopvol ziet kijken naar hun eigen troep: dit ga ik vandaag voor veel geld verkopen. Doorgaans lukt dat niet. Ook niet voor weinig centen, zodat de kooplui bij het verstrijken van de dag korzeliger worden en tot slot nog slechts somber voor zich uit staren... Bijkomend voordeel van een vroeg bezoek is dat de leukste spullen nog voor handen zijn, zodat je met een wagen volgeladen terug kunt naar Bellevue.
Overigens is het veel verstandiger om helemaal niets te kopen, want je moet het allemaal weer meeslepen naar huis ook. En dat gaat allemaal af van de ruimte voor je dozen met wijn. In dat geval is een aankomst rond de klok van elf uur optimaal. Het zonnetjes brandt dan al lekker, de sfeer is nog redelijk hoopvol en er valt van alles te zien. Zoals een hele stoet aan honden.
Als Fransen hun hond niet aan de ketting hebben, dan zijn ze er verzot op en nemen ze hun trouwe viervoeter overal mee naar toe. Ook naar de vide grenier, waar zo'n dier dan wat verloren bij staat. Dit in tegenstelling tot z'n baasje, die juist veel aanspraak heeft dank zij zijn huisdier. Zeker als zijn buik op de grond hangt (van de hond, niet van het baasje), wat smakelijke reacties teweeg brengt. Of als de coiffure van het beest in kwestie bijzonder is.
Enfin, Givry is sowieso de moeite waard. Het is een aardig wijnstadje, met zeer fruitige witte en lichte rode wijnen. En misschien wel het leukste eetzaakje dat wij in die veertien jaar dat we in de Bourgogne zitten hebben bezocht: Restaurant La Cadole, cuisine traditionelle. Maar daarover meer in het culinaire overzicht dat binnenkort in dit theater draait!
PS. Voor de liefhebbers liggen in Maison Bellevue en Maison Perdue boekjes klaar met de leukste brocantes in de buurt. Kom maar gauw kijken...
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten