woensdag 22 december 2010
In Memoriam: Henrie Boulle
zondag 19 december 2010
may your skies always be blue
may you find a bed to sleep in
and may you find a lover too
May you spend a merry X-mas
may you track a white reindeer
may its name of course be Rudolf
and may he guide you through the year
(vrij naar Bob Dylan)
Joyeux Noël et une bonne année tout le monde!!!
Elly en Jurriaan, Ballet, Belle en Beau
woensdag 15 december 2010
Bernardus, Maria en de kruistocht
Bernard was niet alleen een groot denker, maar tevens een geweldig redenaar, die meer dan 500 preken op zijn naam heeft staan en 350 brieven. En dan hebben we het niet over eenvoudige schrijfsels, maar over doorwrochte epistels, waarmee je een pinguin overreedt een bikini te dragen. Die eigenschap bezorgde hem (Bernard, niet die pinguin) roem tot ver over de grenzen en veel geestelijke en wereldse leiders riepen zijn hulp in. Om het schisma te beslechten tussen de twee pauzen die Europa toen kende, bijvoorbeeld. Om koningen over te halen tot de kerk toe te treden en keizers te bekeren tot het ware geloof.
Was het daarom dat de met Bernard bevriende paus Eugenius III, de latere heilige vroeg in 1146 tot de Tweede Kruistocht op te roepen? Een kruistocht die de moslims moest verjagen uit de juist door hen ingenomen stad Edessa in het Heilige Land? Bernardus gaf gehoor aan het verzoek van de paus en reisde naar de pelgrimsstad Vezelay, op 70 km afstand van Bellevue...
Nu is Vezelay ook zonder die historische gebeurtenis zeer de moeite waard. In de negende eeuw al bouwden nonnen een klooster aan de voet van la colline éternelle, de heuvel van de
eeuwigheid waarop Vezelay nu ligt. Korte tijd later werden zij gevolgd door monniken, die het hogerop zochten en bovenop de heuvel hun abdij bouwden. De twaalfde eeuwse basiliek die daar nu staat (gewijd aan Maria Magdalena, van wie relieken in de crypte en in de sokkel van haar standbeeld worden bewaard) is van een indrukwekkende soberheid, die prima bij Bernard paste. Maar ook het stadje aan de voet ervan is prachtig. Religieuze winkeltjes en musea, pelgrimshuizen en kroegjes, galeries en restaurants wisselen elkaar af, alle in middeleeuwse sfeer.Enfin, dat veld – mooi glooiend, zodat iedereen de abt van Clairveaux en beschermeling van vorstenhuizen en pauzen goed kon zien – dat is ook vandaag de dag nog te bezoeken. Een groot maar simpel houten kruis markeert de plaats waar Bernard zal
hebben gestaan. In de verpletterende stilte van de locatie hoor je hem bijna preken. Spreken over de val van de stad Edessa en over de angst dat ook Jeruzalem zal vallen. Over de noodzaak om een vuist te maken tegen de agressie van de bezetters en daartoe de handen ineen te slaan... En als je je ogen sluit, dan zie je bijna hoe honderden mannen en jongens op Bernard van Claiveaux afstapten om een stukje stof te ontvangen dat ze tot een kruisje vouwden en op hun kleding speldden, om aldus 'gewapend' te beginnen aan de Tweede Kruistocht. Je ziet bijna hoe Bernard tenslotte, als de stof om uit te delen is opgeraakt, de bovenzijde van zijn sobere mantel afscheurt en van deze witte doek nieuwe lapjes snijdt. Alleen wel jammer dat die vermaledijde kruistocht op niks uitdraaide...Toen in 1217 in opdracht van die andere heilige, Franciscus van Assisi, een handvol Franciscaner onniken neerstreek op de heuvel van de eeuwigheid, toen kregen zij een plek toegewezen precies bij het veldje waar de Heilige Bernardus predikte. Daar stond inmiddels een simpele gebedskapel, waar de nieuwkomers een klein onderkomen naast bouwden, dat ook nu nog door Franciscanen wordt bewoond. De Italiaanse gasten van Vezelay zullen ook in 1217, ruim zestig jaar na de dood van Bernard van Clairveaux, de kracht van diens woord nog hebben gevoeld. Want in weerwil van hun eigen abt in Assisi, droegen zij de gebedskapel op aan de Heilige Bernardus.
dinsdag 14 december 2010
Fontenay: de schaduw van Bernard
Leven en werken van de Heilige Bernardus hebben zich afgespeeld in de Bourgogne. Niet per se op Bellevue, maar in de buurt. Dat dan weer wel.
Nauwelijks een turf hoog, verliet Bernard op 9-jarige leeftijd zijn ouderlijk huis om in het nabij gelegen Châtillon-sur-Seine bij de kanunniken in de leer te gaan. Toen tien jaar later zijn moeder overleed, was haar zoon zo verknocht aan het geloof dat hij overwoog monnik te worden. Dat gebeurde uiteindelijk in het jaar 1113, toen Bernard toetrad tot het klooster van Cîteaux, dicht bij Dijon. Deze relatief jonge abdij, vijftien jaar eerder opgericht door Robert van Molesme, wilde de strenge leer van de Heilige Benedictus in oude luister herstellen, als reactie op de rijkdom die veel andere kloosters (onder meer dat van het eveneens Bourgondische Cluny) nastreefden. De orde zou die van de Cisterciënzers gaan heten, naar het Latijnse woord voor Cîteaux: Cistercium.
In dit klooster zou Bernards ster snel rijzen. Hij bleek een begenadigd spreker en schrijver, met zeer veel overredingskracht. En met die kracht overtuigde hij zijn medemens van de noodzaak sober te leven, omdat de monnik 'alleen in de woestijn van het brandend witte licht, zonder kleur en zonder afbeeldingen, in contact kan komen met God'.
Omdat Citeaux een beetje vol werd, werd Bernard na drie jaar al samen met een dozijn monniken uitgezonden om elders een nieuw klooster te stichten. Dat werd Clairveaux in de Vallée d'Absinthe, waar hij de rest van zijn leven abt zou blijven.
Wie de plaats nu bezoekt, raakt vooral onder de indruk van de grootschaligheid én de intense soberheid ervan. Met name in de kerk, 30 meter hoog 'slechts' en 66 meter lang, is geen spoor te vinden van de gebruikelijke rooms-katholieke pracht en praal. Geen kleuren, geen beelden, geen vloertegels, niets mocht het oog van de monniken afleiden van God.
Het regime van Bernardus was zó streng, dat hij er zelf bijna aan onderdoor ging. In Clairveaux
al werd de abt ziek van de ontberingen die hij en zijn orde leden en in Fontenay was het regime niet milder. Integendeel: slechts enkele vertrekken van het enorme complex werden verwarmd. De keuken natuurlijk, en van daaruit via een luchtstroom ook de ziekenboeg en de 'inktkamer'.De monniken namelijk, maakten hun met de hand geschreven en versierde geschriften in de
bibliotheek naast deze inktkamer. Wanneer het in de winter meer dan twintig graden vroor, dan mochten ze om de zoveel tijd hun potje inkt naar die kamer brengen waar het vocht moest ontdooien. En de van reuma, kou en vocht gekromde handen even konden gewarmd. De bewoners sliepen ook in de winter op slechts een matje in de ijskoude slaapzaal, die nog altijd intact is en waar de kilte tastbaar wordt. Fontenay, dat is de schaduw van Bernard...
Nodeloos te zeggen dat veel overredingskracht nodig was om de kloosterorde in dit strenge regime te houden. Een overredingskracht die Bernardus van Clairveaux bezat en die hij nog zou aanwenden in Vezelay.
Wordt vervolgd...
Op zoek naar de kleine Bernard
werd geboren in een adellijk nest: zijn vader was heer van Fontaines en zijn moeder kwam van het huis van Montbard (inderdaad, waar nu de TGV stopt, maar laten we niet afdwalen naar wereldse zaken). Het was een omvangrijk gezien, waarin de kleine Bernard groot groeide, met in het totaal zes zonen en één dochter. Een godsvruchtig gezin was het ook: uiteindelijk zouden alle gezinsleden
toetreden tot het klooster, inclusief pa.Wie nu Fontaines-lès-Dijon bezoekt, vindt van dat ouderlijk huis van Bernard uiteraard niets meer terug. En toch is de sfeer er wel bijzonder. Door de sobere kapel die iets onder het hoogste punt van de heuvel werd neergezet. In al zijn eenvoud ligt dit bescheiden kerkje nog het dichtst bij Bernard zelf, die later immers de ultieme soberheid zou prediken (zie straks Sint Bernardus II).Echt bovenop de bult van Fontaines staat een
nogal megalomane kerk, met ernaast een galerij waarin weer twee gebedskapellen zijn ondergebracht. Hier tussenin is een marmeren tableau ingemetseld in de muur, met daarop - in het Latijn - een aan Bernardus opgedragen tekst. In een nis links staat bovendien een beeld van de heilig, in sobere pij en met een curcifix en een papierrol. Hij was immers van de brieven, maar ook daarover later.Aan de andere kant van de galerij staat nog een klein woonhuis. De verleiding is groot te fantaseren dat de kleine en leergierige Bernard, die al op 9-jarige leeftijd zou afreizen naar Châtillon-sur-Seine om door de kanunniken te worden opgeleid, hier heeft geslapen. Maar dat is onzin, want de woning is negentiende eeuws. Bernard deed op z'n best als joch van een jaar of zes een tukkie in het gras voor het huis, onder de blauwe hemel. Dezelfde hemel die Fontaines-lès-Dijon en ons nog altijd overspant.
Wordt vervolgd...